top of page
BEZIENSWAARDIGHEDEN MYANMAR
BW Myanmar: Afbeelding
Een land waar je misschien niet zomaar aan denkt als je naar Zuid-Oost Azië wilt reizen. Toch raad ik je aan Myanmar (voorheen Birma) hoog op het lijstje te zetten, want dit land heeft me erg verrast! Wel is het belangrijk het reisadvies goed in de gaten te houden, want het is na een hevige oorlog pas enkele jaren open voor toeristen en op dit moment is het weer erg onrustig.
Toen ik deze reis mocht maken (februari 2019) was alleen het noorden en noordwesten niet veilig genoeg, maar dan heb je alsnog genoeg land over om te bereizen! Hieronder verschillende hoogtepunten van mijn reis door Myanmar.
Yangon
De hoofdstad Yangon ligt in het zuiden van Myanmar en is zeer waarschijnlijk je aankomsthaven. Deze stad is typisch Aziatisch: veel drukte, alles gebeurt op straat, er is smog en er zijn tempels. Heel veel tempels. Ook is er genoeg keuze uit hostels voor een klein prijsje. Ik zat zelf in het Shwe Yo Vitage Hostel; voor €4,50 per nacht sliep ik in een heerlijk bed met gordijntjes, had ik een warme douche en een heerlijk ontbijt! De locatie was ook prima, veel bezienswaardigheden waren op loopafstand.
Wat met stip op nummer 1 staat is de Schwedagon Pagode. Dit is de grootste en meest belangrijke tempel van heel Myanmar. Het is een heel complex met verschillende pagodes, waarbij de grootste pagode 98 meter hoog is en bedekt is met wel 50.000 kilo aan bladgoud en duizenden edelstenen! Elke boeddhist in Myanmar wil hier minstens een keer in zijn leven geweest zijn. Daarbij zijn er veel toeristen, dus druk is het wel. Dit vond ik niet zo erg, want je kon niet alleen deze prachtplek bewonderen, maar ook tientallen monniken in oranje gewaden. Belangrijk is dat je hier je schouders en tot aan je knieën bedekt moet hebben en je loop er op blote voeten. Entree is 10.000 Kyat (ongeveer €6,25).
Ook de Sule Pagode is een pareltje van de stad. Deze pagode schijnt nog ouder te zijn dan de Schwedagon Pagode. Het is in ieder geval meer dan 2500 jaar oud. Ook hier is met heel veel bladgoud gewerkt, dus je ziet de Pagode van ver in de stad. Entree is 3.000 Kyat (ongeveer €1,85).
Het Nationaal Museum is ook zeker de moeite waard. Dit gebouw bestaande uit vier verdiepingen ligt vol met schatten uit de gehele geschiedenis van Myanmar. Zo krijg je erg veel informatie over het land. Entree is 5.000 Kyat (ongeveer €2,65).
Als je iets meer van Yangon en de omgeving ervan wil zien, is de Yangon Circle Line een aanrader! Deze trein neemt je in 3 uur tijd op een rustig tempo mee naar wijken die je lopend misschien niet had gedaan. Wel moet je opletten welke trein je dan neemt, want niet elke trein doet de gehele ronde. Tickets zijn er voor 100 of 200 Kyat. Het ligt eraan of je met of zonder airco wil. Ik had zonder airco en het was prima te doen, maar ik snap het als je net wat meer comfort wil gaan.
Verder is het heerlijk om gewoon door de straten te wandelen om te zien hoe het leven in Yangon eruit ziet. Overal op straat is bedrijvigheid: er worden spullen verkocht en er wordt eten bereid, terwijl ernaast de weg wordt gerepareerd wat minder veilig wordt gedaan dan in Nederland. Tip: Let dus goed op waar je loopt! ;)
Één straat wil ik wel apart benoemd hebben: 19th street. Deze straat wordt ook wel Snack and Beerstreet genoemd. In bijna de gehele straat staan barbecues en voor een klein prijsje kun je zelf je maaltijd samenstellen en laten barbecuen. Veel locals zijn hier te vinden die hier ook komen eten. Heel tof om hier een avond door te brengen!
Ondanks dat Aziatische steden minder mijn ding zijn, was dit toch wel een bijzondere plek. Het had op de een of andere manier toch een rustige sfeer.
Trekking Kalaw
Vanuit Yangon ben ik naar Kalaw gereisd, in Centraal-Myanmar. Met de bus was dit zo'n 10 uur, dus als deze lange rit je tegenstaat kun je ook de keuze maken naar Heho vliegen om vanuit daar naar Kalaw te rijden. Een vlucht heb je voor ongeveer €75,-, een stuk duurder dan een busticket van onder de €10,-.
Kalaw zelf is een rustig bergstadje en ook al was het daar nog boven de 20 graden, het was een stuk kouder dan in Yangon! Dit stadje is door de Engelsen gesticht, als rustig verkoelend oord. Je kunt hier naar een levendige markt of door de groene landschappen wandelen.
Ik kwam daar voor de driedaagse trekking naar het Inle Lake. Dit doe je met een gids in een groep van 6-8 personen. Deze trekking heeft een lengte van 65 kilometer, waarbij je op de eerste dag grotendeels door het bos loopt maar ook wat pittige beklimmingen en afdalingen heeft. Je slaapt en eet bij locals in een dorpje waar geen stroom en warm water is. Back to basic dus!
De tweede dag is wederom een volledige dag lopen (zo'n 8 uur), maar dit is in een totaal andere omgeving! Je komt regelmatig locals tegen die maar al te graag willen laten zien hoe ze leven. Ook hebben we een bezoekje gedaan aan een schooltje. Voor de derde dag staan er minder kilometers op de planning, wat erg fijn is. Onderweg kun je een duik nemen bij een waterval waar de locals ook graag komen voor verkoeling of om hun kleding te wassen. Aan het eind van de wandeling ga je met een jeep richting het Inle Lake om vervolgens de boot in te stappen om dit meer over te steken. Na deze trekking is het dan ook erg fijn om in de bewoonde wereld terug te komen, met een prachtige ervaring op zak!
Inle Lake
Voor mij, maar ook voor veel andere reizigers, een van de favoriete plekken in Myanmar: Inle Lake. Dit meer van wel 22 kilometer lang dat omringd wordt door een prachtig gebergte, wordt door vele locals op een bijzondere manier gebruikt. Verschillende dorpjes op palen zijn hier te vinden, inclusief hun landbouw. Bekend zijn de vissers op dit meer, die op één been op de punt van de boot staan en met het andere been peddelen. Zo hebben ze hun handen vrij om grote visnetten uit te gooien. Je ziet ook verschillende vissers bijzondere poses doen, puur voor het toerisme. Jammer, maar ik snap ze wel.
Er is genoeg te beleven op en om het meer. Zelf had ik twee volle dagen die ik actief heb benut. Ten eerste met een fietstocht om het meer. Vanuit het plaatsje Nyaung Shwe, waar je ongetwijfeld zult verblijven, kun je gemakkelijk fietsen huren met routekaart. Je hoeft niet helemaal om het meer heen te fietsen, maar je kunt met je fiets in een bootje om over te steken. Tijdens deze fietsroute kom je langs verschillende tempels, drijvende tuinen en uiteindelijk bij de Red Mountain Estate, een wijngaard met terras waar je op het meer uitkijkt, met zonsondergang. Heerlijk einde van de dag! Ik raad je wel aan niet te veel wijn te drinken daar, want daarna is het nog zo'n 20-30 minuten terugfietsen naar Nyaung Shwe. ;)
Een boottochtje over het meer is de andere activiteit die je eigenlijk niet kunt overslaan. Je wordt er dan ook mee overspoeld in het dorpje; iedereen biedt zichzelf of een vriend van hem of haar aan als gids. Probeer vooral niet gelijk in te gaan op een aanbod, maar vergelijk het aanbod en kies waar jij het beste gevoel bij hebt. De meeste tours komen ook wel op hetzelfde neer, maar prijstechnisch is het vooral goed kijken dat je er niet in trapt. Meestal betaal je per boot, dus het is ook nog eens interessant om te kijken of je met wat meer mensen de tour kunt doen.
Het is een tour die de gehele dag duurt, waarbij ik echt het gevoel had alles te hebben gezien op en om het meer. Je begint 's morgens vroeg, met zonsopgang. Daarbij zie je de floating villages en Gardens, je gaat naar een katoen-, zijde- en lotuszijdeweverij, je ziet hoe ze boten en sigaren maken. Ook word je meegenomen naar een markt en verschillende pagodes en zie je een aantal LongNeck Women. Een hele hoop dus, met een erg toeristisch randje, maar wel echt de moeite waard!
Trekking Hsipaw
Na een aantal toeristische dagen in Inle Lake was het weer tijd voor een bergdorpje: Hsipaw. Dit ligt vrij noordelijk en was toen toegankelijk en veilig voor toeristen. Ook hier heb ik een trekking gedaan, deze keer van twee dagen. Net als de trekking in Kalaw loop je heel de dag, zo'n 20 kilometer en ook hier slaap en eet je bij de locals. Echter, de natuur in de omgeving Hsipaw is niet te vergelijken met die van Kalaw. In Hsipaw leek je meer de jungle in te lopen. Daarbij is het nog steeds erg indrukwekkend door de bergen te lopen in the middle of nowhere.
Trein Hsipaw - Mandalay
Dit gedeelte van de reis verdient toch wel een eigen stukje, want dit was toch wel echt gaaf! Na de trekking vrij uitgeblust te zijn, mocht de trein gepakt worden. Dit zou een treinreis zijn van zo'n 12 uur lang, dus eten en drinken inslaan van tevoren is niet verkeerd! Het kaartje van de trein koop je die ochtend, waarbij je kunt kiezen uit Upper Class (3959 Kyat = €2,10) of Ordinary Class (1700 Kyat = €0,90). De keuze was natuurlijk snel gemaakt. Voor dit bedrag was een comfortabele stoel die je ook in touringcars hebt in plaats van een houten bankje voor de komende 12 uur natuurlijk een koopje!
Tijdens de rit kom je langs veel bergdorpjes, weilanden en mensen die op een andere rails liepen. Allemaal prachtig en bijzonder om te zien, maar het hoogtepunt was toch wel het moment dat de trein over het Gokteikviaduct reed. Dit 700 meter lange viaduct stamt uit 1901 en als je uit je raam kijkt, kijk je wel 102 meter omlaag!
Je hoeft overigens niet helemaal van Hsipaw naar Mandalay deze lange treinreis te nemen om over het Gokteikviaduct te rijden. Als je in ieder geval zorgt dat je tussen Nawngpeng en Nawnghkio in de trein zit, dan heb je het letterlijke hoogtepunt te pakken!
​
Mandalay
Terug naar wederom de bewoonde wereld, maar deze keer in een van de grotere steden van Myanmar: Mandalay! Het was na al die dagen in bergdorpjes en het toeristische meer echt weer fijn om in een grote stad te zijn. Je kunt hier onwijs veel doen en zien, maar de stad is groot en druk. Mijn tip is dus om een scooter te huren. Zo kun je vrij snel op locatie zijn en ben je zo min mogelijk tijd kwijt met reizen. De dag kun je het beste beginnen met het beklimmen van Mandalay Hill. Als je de 1700 treden hebt getrotseerd in minimaal 30 graden, heb je een prachtig uitzicht over de stad. Ook de tempel op de heuvel zelf is bewonderenswaardig met al zijn mozaïeken.
Daarna heb je keuze uit behoorlijk wat tempels en pagodes. Een van de tempels waar je zeker heen moet gaan is de Mahamuni Tempel. Dit is een van de meest heilige plekken van het land. Ook dit complex is waanzinnig mooi versierd met goud en juwelen. Het topstuk is de 4 meter hoge boeddha in een van de gebouwen. Je kunt bij de ingang een zakje bladgoud kopen om het erop te plakken. Helaas ging dit voor mij niet op, omdat dit alleen is toegestaan voor mannen. Vrouwen moeten op een afstandje kijken.
Ook de Kuthadow Pagode is een aanrader. Dit omdat hier juist niet alles met goud is bedekt. Het is namelijk de pagode met de 729 witte stoepa's. Ook dit is een plaatje en het is heerlijk rustgevend om tussen de stoepa's door te lopen.
Voor de avond raad ik je de U-bein Bridge aan. Deze brug ligt een aantal kilometers ten zuiden van Mandalay zelf. Waarom deze brug zo bijzonder is, is omdat dit de langste teakhouten voetgangersbrug ter wereld is! Let wel, het is een ontzettend toeristische plek. Rijen met touringcars zag ik toen ik daar aankwam. Ook liepen er onwijs veel mensen over de brug. Om niet zo in de mensenmassa te hoeven staan, kun je een bootje huren (ben op tijd!), zodat je vanuit het water de zonsondergang kunt kijken met de brug op de voorgrond. Prachtig!
Bagan
En dan eindelijk het ultieme hoogtepunt van mijn reis door Myanmar. Ik had hier hoge verwachtingen van en die zijn zeker overtroffen! Dit uitgestrekte gebied vol met tempels (wel 4400!) is ontzettend rustgevend en heilig. Dit staat natuurlijk ook op de Unesco Werelderfgoedlijst. Met de bus van Mandalay naar Bagan is zo'n 5 uur, prima om zo aan het eind van de middag aan te komen in het hostel. Die was overigens heerlijk, met zwembad! Dit was het Ostello Bello Bagan Pool hostel, waarbij je €9,- per nacht betaalt, inclusief ontbijt. Dit was midden in het dorpje New Bagan, een fijn verblijf van alle gemakken voorzien.
Een echt plan hoef je voor Bagan niet te hebben merkte ik al. Wel is het belangrijk om tijdig vervoer te regelen. Ik heb ervoor gekozen met de scooter te gaan, zodat je zelf kon gaan en staan waar je wilde, op je eigen tempo. Ook een ballonvaart moet je tijdig (lees: een paar maanden van tevoren) regelen, mocht je dit willen. Ik heb hier toen niet voor gekozen omdat ik het te duur vond. Het ging dan om zo'n €350,- voor een uurtje in de lucht. Ik moet ook zeggen dat ik het niet gemist heb (wat je niet meemaakt, mis je ook niet).
Wat heb ik dan wel gedaan? Nou, om 5.00 opgestaan om (dik aangekleed!) met je warme koffie en ontbijt richting een tempel te rijden met je gehuurde scooter voor zo'n 5000 Kyat (€2,70)! Je moet gewoon gaan rijden en uiteindelijk houdt een local je aan om je mee te nemen naar een tempel waar je op kunt klimmen, om zo het beste uitzicht te hebben. In ruil willen ze soms geld, maar meestal willen ze dat je naderhand naar hun kunst komt kijken om het te kopen.
Eenmaal op de tempel zie je de zon en de ballonnen opkomen. Dat is toch wel echt een heel speciaal moment. Je kent het moment eigenlijk al van de veel voorkomende foto's op internet, maar toch moet je dit in het echt hebben gezien. De volgende dag doe je hetzelfde en is dit eigenlijk net zo speciaal.
Na dit magische moment ga je terug naar het hostel om even te eten en om te kleden (het is inmiddels een stuk warmer geworden), zodat je urenlang rond kunt toeren tussen al die tempels. En aan het einde van de middag is het heerlijk om in het zwembad te kunnen afkoelen.
Ngapali Beach
En dan nog een laatste plek die ik toch ga benoemen, ondanks dat ik het achteraf niet helemaal de moeite waard vond. Ngapali Beach ligt namelijk aan de westkust en vanaf Bagan was dit 21 uur rijden! Vliegen was geen optie, omdat je anders eerst helemaal terug moest naar Mandalay. Dan zou je uiteindelijk op ongeveer dezelfde reistijd komen.
Ondanks de onwijs lange busrit was het wel een heerlijke plek om de rondreis mee te eindigen. Want wie wil dit nou niet: Een massage op het witte strand met uitzicht op de blauwe zee?
BW Myanmar: Tekst
BW Myanmar: Pro Gallery
bottom of page